Motief 270, maart 2023
Momenten van hoop
In de kersttijd beleefde ik twee bijzondere momenten die ik zo vrij ben hier te delen. Het eerste is dat ik het nieuwe jaar 2023 – of beter gezegd de tijd – anders ervoer. Ik beleefde de tijd als een vrije ruimte, als een bewegend open verzamelpuntpunt van tijdcirkels. Dus niet als iets lineairs tussen 22 en 24, maar als een verwachtingsvolle ervaringsruimte waarin tijdsintervallen en historische ritmen kunnen samenkomen. Ieder moment wordt tot een oog waarmee ik in het tijdsgebeuren kan kijken. Dat gaat niet alleen over 100-jaarsritmen, maar bijv. ook over spiegelingen uit mijn jeugd. Het gaat zeker ook over ontmoetingen: kan ik van het moment een ruimte maken? Het wekte in mij een nieuw soort wakkerheid en nieuwsgierigheid.
Een andere belevenis ontstond door in de kersttijd dagelijks de toespraak te lezen die Rudolf Steiner hield bij het leggen van de nieuwe grondslag voor onze vereniging (25 december 1923). Ik had de indruk daardoor dichter bij het magische moment te komen waarop Rudolf Steiner uit de krachten van de drievuldigheid een nieuw ‘schepsel’ deed ontstaan in de geestelijke wereld. Uit goddelijke liefdekracht, vormkracht en gedachtenlichtkracht ontstond dit schepsel. Steiner schiep dit – zo beleefde ik het tenminste – ook uit zijn eigen persoonlijke menselijke krachten. Het was ook zijn liefde, het was ook zijn vormende kracht, het was ook zijn denklichtkracht waarmee hij dit nieuwe vormde en bouwde. Hij schiep – in aanwezigheid van velen – een etherisch bouwsel waarin zich het wezen van de antroposofie manifesteert. Ik noem het voor mezelf het ‘antroposofianum’. Hij bracht dit tevens onder woorden in de vorm van een spreuk; deze grondsteenspreuk is dan te zien als een manifestatie in woorden van hetzelfde schepsel dat uit krachten bestaat.
Dit moment wekte in mij het besef dat je binnen kunt gaan in dit ‘bouwwerk’, dat ik het drievuldige oerbeeld van de mens als levende kiemkracht in mijzelf kan herscheppen door mijn eigen liefde, vormkracht en denklicht. Het kan ontkiemen, zich verwijden en vrucht dragen als menselijkheid en het kan eensgezindheid brengen. Het wordt tegelijk een ruimte in jezelf waarin andere mensen kunnen binnentreden. Deze belevenis wekte in mij een nieuw soort hoop: dat wij het vermogen hebben om op menselijke wijze spiritueel samen te werken.
Pim Blomaard