De medische sectie in Nederland
02 september, 2022
De medische sectie is een van de vakgerichte secties van de internationale Antroposofische Vereniging, waarin de antroposofie, vanuit de Hogeschool voor Geesteswetenschappen, vruchtbaar wordt gemaakt voor de verschillende gebieden van de samenleving, de wetenschap en de kunst. Het doel van de secties is waar te nemen welke nieuwe ontwikkelingen zich voordoen in de betreffende gebieden en deze gebieden vanuit de geesteswetenschap verder te onderzoeken om een spirituele verdieping van de betreffende beroepen mogelijk te maken.
Tekst: Erik Baars, Madeleen Winkler, Jill Meulman, Twan Nijenhuis, Jelle van der Schuit
De taak van de medische sectie is specifiek om de spirituele kant van gezondheid en ziekte uit te werken en de resultaten te integreren in de huidige wetenschap van de gezondheidszorg en de praktijk.
In detail wijdt ze zich internationaal aan de volgende taken:
– De bevordering en coördinatie van onderzoek en ontwikkeling in de antroposofische gezondheidszorg (AG) en haar verschillende vormen van therapie;
– Het organiseren van congressen, vergaderingen en conferenties, evenals opleidings- en bijscholingsmodules om de AG wereldwijd te verdiepen;
– De publicatie van specialistische artikelen, met name op de vijf CARE-gebieden (zie onder), in vakbladen en onder meer op het online platform Anthromedics;
– Het streven naar vrijheid van therapie, een verscheidenheid aan methoden en een gekwalificeerd pluralisme in de geneeskunde en gezondheidszorg.
De medische sectie raad in Nederland
De medische sectie raad (MSR) werd in 1994 op initiatief van het bestuur van de AViN opgericht om deze activiteiten te coördineren in Nederland. De MSR neemt initiatieven om de Antroposofische Gezondheidszorg (AG) verder te optimaliseren en beschikbaar te maken voor iedereen.
De belangrijkste doelstellingen van de MSR voor de periode 2022-2025 zijn:
– Het zicht houden op actuele ontwikkelingen in de gezondheidszorg en overige actuele gezondheid- en ziektegerelateerde ontwikkelingen, voor zover relevant voor de AG.
– Het nemen van vrije initiatieven vanuit de MSR zelf of het ondersteunen en stimuleren van vrije initiatieven buiten de MSR in aansluiting op vragen en ontwikkelingen vanuit het werkveld ten behoeve van de verdere inhoudelijke ontwikkeling (onderzoek en opleiding) en het vergroten van de toegankelijkheid van de antroposofische gezondheidszorg wereldwijd voor iedereen.
– Het uitbreiden van de MSR met enkele leden.
– Het realiseren van een goede bekendheid van het bestaan en de activiteiten van de medische sectie en de MSR binnen het AG werkveld.
De MSR verzorgt jaarlijks (samen met partners) de medische sectie conferentie (https://www.conferentie-ag.nl/) en meditatiebijeenkomsten voor mensen die werken in de gezondheidszorg.
Antroposofische gezondheidszorg in Nederland
De AG wordt in het maatschappelijk veld deels gecoördineerd door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) (www.nvaz.nl). De NVAZ als koepelorganisatie kent drie sectoren: therapeutica, beroepsverenigingen en instellingen. Enkele antroposofische instellingen voor langdurige zorg zijn geen lid meer van de NVAZ. De NVAZ wil de AG verder ontwikkelen en versterken. Zij wil de samenhang tussen kwaliteit en efficiency van de aangesloten instellingen, beroepsverenigingen en therapeutica bevorderen en de acceptatie en de legitimiteit van de AG in de samenleving vergroten. Ze stimuleert, bevordert en schept voorwaarden voor ontwikkeling en kwaliteitsbevordering van de AG. Hiertoe ontwikkelt zij beleid, behartigt de belangen van haar leden, bundelt de krachten van de instellingen die lid zijn, stimuleert de samenhang en samenwerking tussen hen en levert een bijdrage aan maatschappelijke vraagstukken rondom ziekte en gezondheid.
Landkaart antroposofische zorg in Nederland
In Nederland is de AG vooral werkzaam in de eerstelijn in antroposofische gezondheidscentra of ‘therapeutica’. Daarnaast is er in Nederland mede door de antroposofie geinspireerde langdurige zorg (verstandelijk gehandicaptenzorg, GGZ en ouderenzorg). In het buitenland zijn diverse ziekenhuizen waar de antroposofische benadering geintegreerd wordt met (ook hightech) zorg. Kenmerkend voor de therapeutica en de tweedelijnszorginstellingen is de multidisciplinaire samenwerking, waarbij (idealiter) vanuit een gezamenlijk vormgegeven totaalbeeld van de individuele patiënt en diens context op maat samengewerkt wordt aan preventie, behandeling en/of begeleiding. Huisartsen kunnen zo vanuit deze gedeelde beeldvorming doorverwijzen naar binnen de therapeutica werkzame en naar vrijgevestigde therapeuten en verpleegkundigen.
Zorgprofessionals die in de AG werken zijn regulier opgeleid, aanvullend antroposofisch geschoold en integreren de antroposofische en reguliere kennis en praktijkmethoden. Het zijn dan ook twee benaderingen die elkaar heel goed aanvullen. Het verschil tussen die twee – heel basaal gezegd – is dat de reguliere gezondheidszorg met name heel goed is in acute zorg, ziekte en symptomen bestrijden, terwijl de antroposofische aanvulling op de gezondheidszorg zowel in de preventie als de behandeling vooral gericht is op het bevorderen van gezondheid en de vitaliteit, het ondersteunen en versterken van het zelf-herstellend vermogen en de eigen regie van zowel de zieke als gezonde mens. “Antroposofische behandeling waar mogelijk en reguliere behandeling waar nodig” kenschetst de integratieve aanpak van de antroposofische zorgpraktijk dan ook goed.
In 2021 waren er in Nederland:
– 28 therapeutica, waarvan er 17 aangesloten bij de NVAZ.
– 400 gecertificeerde leden van de AG beroepsverenigingen (356 zelfstandig geregistreerde leden plus een onbekend aantal die werkzaam zijn bij instellingen/ organisaties).
– 66 gecertificeerde artsen bij de NVAA (Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen).
– 3500 leden van de patiëntenvereniging Antroposana.
– 40 deelnemers aan de basisopleiding van de AAG (Academie Antroposofische Gezondheidszorg).
– 16 deelnemers aan de oriëntatiecursus Verpleegkunde en Antroposofie (Plegan Opleidingen).
Opleiding
De opleidingen voor antroposofische artsen, verpleegkundigen en therapeuten hebben zich, daartoe gestimuleerd vanuit de medische sectie, verenigd in de Academie Antroposofische Gezondheidszorg, die een multidisciplinaire basismodule antroposofische gezondheidszorg aanbiedt en in samenwerking met de betreffende beroepsverenigingen vakspecifieke vervolgopleidingen en nascholingen. Scillz verzorgt trainingen en MBO 3-4 opleidingen Maatschappelijke Zorg. Plegan verzorgt (na)scholing voor verpleegkundigen en verzorgenden. Deze instellingen werken samen als Antropos.nu (www.antropos.nu).
Onderzoek
In Nederland zijn er enkele instellingen waar onderzoek naar AG plaats vindt: het Louis Bolk Instituut in Bunnik, de King Fisher foundation (Bolk’s Companions) in Driebergen, Albert de Vries (onderzoek in eigen werk) in Arnhem, en het lectoraat AG aan Hogeschool Leiden. Wereldwijd is er een groeiend aantal universitaire leerstoelen.
Een recent proefschrift (Koster, 2019) toont aan dat op basis van de achterliggende waarden van de antroposofische gezondheidszorg, er een grote groep Nederlanders latente interesse in het gebruik van deze zorgvorm heeft. Gebruikers van de antroposofische gezondheidszorg hebben vaak een gezondere leefstijl (bv. m.b.t. voeding, alcoholgebruik, fysieke activiteit) dan de gemiddelde Nederlandse bevolking. Onderzoek met de CQI Huisartsenzorg toont aan dat patiënten van antroposofische huisartsen gemiddeld meer tevreden zijn dan de patiënten van de Nederlandse huisartsen (Koster et al., 2014). In de afgelopen honderd jaar zijn er geen problemen met de veiligheid bij antroposofische behandelingen geweest. Uit recent onderzoek naar de veiligheid van antroposofische natuurlijke middelen blijkt dat het aantal ernstige bijwerkingen zeer zeldzaam is (Hamre et al., 2017).
Enkele grotere onderzoeken naar vergelijking van zorgkosten van huisartsen die aanvullend complementaire zorg of integratieve zorg aanbieden, lieten zien dat er duidelijke aanwijzingen zijn dat zorgkosten van patiënten van antroposofische huisartsen significant lager zijn; met name door minder farmacie en minder doorverwijzing naar de tweedelijn (Baars and Kooreman, 2016; Kooreman and Baars, 2011). Al deze wetenschappelijke bevindingen sluiten goed aan bij de ervaringen van de alledaagse zorgpraktijk dat de antroposofische gezondheidszorg in de eerstelijn door haar aanvullende visie, preventieve aanpak en therapieën patiënten de mogelijkheid geeft om actief en effectief aan de eigen gezondheidstoestand te werken (Abbing, 2020; Koster, 2019).
En ofschoon het aantal leerstoelen en wetenschappelijke publicaties sterk groeit evenals de wetenschappelijke evidentie van (kosten)effectiviteit en veiligheid (bv. Kienle et al., 2011), zijn er veel onderdelen van de AG die nog goed onderzocht moeten worden. Die behoefte is er dan ook sterk, maar het gebrek aan universitaire interesse en voldoende financiële middelen om het onderzoek te financieren, in combinatie met de methodologische uitdagingen van het onderzoek door de complexiteit en individu georiënteerdheid van de antroposofische zorg, maken dat deze veelal nog op ervaring gebaseerd, expertise-based, is en minder evidence-based.
Internationale samenwerking
Sinds enkele jaren wordt er vanuit Dornach ingezet op de internationale samenwerking rondom vijf zogenoemde CARE thema’s. In multidisciplinaire werkgroepen wordt gewerkt aan de ontwikkeling van therapeutische benaderingen voor de preventie en behandeling van veelvoorkomende symptomen en ziekten waarvoor tot nu toe geen bevredigende behandeling is geweest.
Deze CARE thema’s zijn:
– Zwangerschap, geboorte en eerste levensjaren
– Management van koorts en infectieziekten
– Veel voorkomende angst en depressieve klachten en stoornissen
– Oncologie
– Palliatieve zorg
De resultaten van de werkgroepen zijn online beschikbaar voor artsen, therapeuten en verpleegkundigen, ook zonder ervaring in de AG. Opmerkingen van collega’s over de hele wereld worden naar de CARE-groepen gestuurd, waar ze vervolgens worden verwerkt en geaccepteerd. Daarna volgt een redactioneel proces met gespecialiseerde redacteuren en proeflezers. Na goedkeuring van elke tekst door de redactieraad, worden de resultaten gepubliceerd op het internetplatform www.anthromedics.org voor onafhankelijk gebruik door artsen en therapeuten. De gepubliceerde resultaten worden periodiek geëvalueerd en verder ontwikkeld.
De auteurs zijn de leden van de Medische Sectie Raad van de AViN
Actuele thema’s
De AG sluit goed aan bij:
– De groeiende interesse in het biopsychosociale model van de mens in ziekte en gezondheid.
– De groeiende interesse in Integrale zorg (www.cizg.nl) en One Health.
– De ‘juiste zorg op de juiste plaats’, een verschuiving van de zorg van de tweede- naar de eerstelijnsgezondheidszorg.
– De aandacht voor value-based healthcare, inclusief netwerkzorg, context-based practice, de patiënt centraal en een meer holistische benadering van de patiënt.
– De toenemende aandacht voor leefstijl(geneeskunde) en het versterken van het zelfherstellend vermogen en de veerkracht van mensen (denk aan de COVID pandemie).
– Het in de hand houden van de kosten van de zorg.
Problemen
Enkele van de belangrijkste problemen voor de AG zijn:
– Het gebrek aan opvolging van artsen, therapeuten en verpleegkundigen.
– Het gebrek aan financiering van AG zorg (m.n. van de AG medicijnen en de AG niet-medicamenteuze therapieën). Voor het effectief kunnen (blijven) functioneren van de antroposofische multidisciplinaire behandeling is het van belang dat de AG zorg vergoed blijft worden vanuit het aanvullende pakket.
– Het gebrek aan goede positionering van AG binnen de gezondheidszorg.
– Het gebrek aan universitaire interesse en voldoende financiële middelen om AG onderzoek te financieren, in combinatie met de methodologische uitdagingen van het onderzoek door de complexiteit en individu georiënteerdheid van de antroposofische zorg.
– Het in de wetenschap nog dominante mechanistisch, materialistisch reductionistische wereldbeeld.
Meer lezen?
Antroposofische gezondheidszorg:
– www.aandachtvoorjoualsgeheel.nl
– Anthroposophic Medicine: An Integrative Medical System Originating in Europe: journals.sagepub.com/doi/abs/10.7453/gahmj.2012.087
– Goetheanum: medsektion-goetheanum.org
– Anthromedics: www.anthromedics.org
– International Federation of Anthroposophic Medical Associations: www.ivaa.info
– Krant van de Aarde: www.krantvandeaarde.nl/honderd-jaar-antroposofische-gezondheidszorg-1920-2020/
Opleiding:
- Academie Antroposofische Gezondheidszorg: academieag.nl
- Scillz: www.scillz.nl
- Antropos: www.antropos.nu
Onderzoek Antroposofische Gezondheidszorg:
– Bolk’s Companions: nl.bolkscompanions.com
– De antroposofische wereldbeschouwing en haar betekenis voor de gezondheidszorg: www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=6485
– Promotieonderzoek Evi Koster (2019) pure.uvt.nl/ws/portalfiles/portal/31618929/Koster_The_Relevance_27_11_2019.pdf
– Promotieonderzoek Annemarie Abbing www.hsleiden.nl/binaries/content/assets/hsl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/publicaties/boeken_rapporten/abbing-annemarie_complete.pdf
– Goetheanum: medsektion-goetheanum.org/en/research/research-in-anthroposophic-medicine
– Hogeschool Leiden: www.hsleiden.nl/antroposofische-gezondheidszorg/publicaties/index
– Albert de Vries (onderzoek in eigen werk): onderzoekineigenwerk.nl
Literatuur
– Abbing, A. C. (2020). Art therapy & anxiety. PhD thesis, Leiden University.
– Baars, E. W. (2008). Antroposofische gezondheidszorg: de professionele ambachtelijkheid van gezondheid bevorderen. Utrecht: SWP.
– Baars, E. W., Kiene, H., Kienle, G. S., Heusser, P., & Hamre, H. J. (2018). An assessment of the scientific status of anthroposophic medicine, applying criteria from the philosophy of science. Complementary therapies in medicine, 40, 145-150.
– Baars, E. W., & Kooreman, P. (2014). A 6-year comparative economic evaluation of healthcare costs and mortality rates of Dutch patients from conventional and CAM GPs. BMJ open, 4(8).
– Hamre, H. J., Glockmann, A., Heckenbach, K., & Matthes, H. (2017). Use and safety of anthroposophic medicinal products: an analysis of 44,662 patients from the EvaMed pharmacovigilance network. Drugs-real world outcomes, 4(4), 199-213.
– Kienle, G. S., Glockmann, A., Grugel, R., Hamre, H. J., & Kiene, H. (2011). Clinical research on anthroposophic medicine: update of a health technology assessment report and status quo. Forschende Komplementarmedizin (2006), 18(5), 269-282.
– Kooreman, P., & Baars, E. W. (2012). Patients whose GP knows complementary medicine tend to have lower costs and live longer. The European Journal of Health Economics, 13(6), 769-776.
– Koster, E. B. (2019). The relevance of holistic healthcare: Patient-reported quality of care in anthroposophic and integrative medicine. PhD thesis, Tilburg University.
– Koster, E. B., Ong, R. R., Heybroek, R., Delnoij, D. M., & Baars, E. W. (2014). The consumer quality index anthroposophic healthcare: a construction and validation study. BMC health services research, 14(1), 1-12.
Dit artikel is verschenen in Motief 265 van september 2022